zaterdag 27 maart 2010
Hikari
Koortsachtig probeerde ik me te herinneren waar Hikaru's kamer was. Tamaki liep onnozel grijnzend achter me aan. Onze voetstappen galmden door de marmeren gangen. Vertwijfeld bleef ik staan voor een donkere eikenhouten deur. "Ik dacht dat het hier was..." mompelde ik, meer tegen mezelf dan tegen Tamaki. Aarzelend legde ik mijn hand op de deurknop. Ineens hoorde ik gesnik, gevolgd door Juliet's stem die iets fluisterde. Voorzichtig bewoog ik mijn hoofd richting de deur. De snikkende stem begon te praten. Een koud gevoel ging door me heen. Mitsuki! Aarzelend wierp ik een blik op Tamaki. Ik kon niet horen wat ze zeiden, maar Mitsuki was duidelijk overstuur. Ik wilde haar troosten, maar ik wist dat het genant zou zijn om Tamaki haar te laten zien huilen. Vertwijfeld beet ik op mijn lip. Tamaki keek me vragend aan. Juliet is bij haar, zei ik tegen mezelf. Het is oké. "Yapari, het is toch niet deze kamer." zei ik lachend tegen Tamaki, en haastte me bij de deur vandaan. Tamaki bleef lachen, en volgde me de gang door. Weg van die kamer. Weg van Mitsuki en haar verdriet. "Gomen ne, Mitsuki-chan." mompelde ik zachtjes, zodat Tamaki het niet hoorde.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten