zondag 5 september 2010

Tsubasa

Ik keek hoe zowat iedereen naar Yamiko vloog en bezorgd deed. Ik rolde met mijn ogen, ik was niet zo van dat lovey-dovey-friendship. Oké, ik heb soms mijn emotionele momenten, maar daar heeft iedereen last van. Dat heeft ook een naam. Slaap te kort. Wat wil je ook in zo'n gigantische villa met veelste veel mensen. Samen met Shizuo en Jun richtte ik me tot de neergeknuppelde mannen. Ze waren niet allemaal neergeknuppeld, maar ik noemde het zo. In de verte was de politie al te horen. Ik zag dat iemand overeind probeerde te krabbelen en liet de grond naast hem ontploffen. Hij schrok en bleef stil. Ik knipperde de rode gloed uit mijn ogen weg en keek naar Shizuo die me grijnzend aankeek. "Zeg, als ik een vendingmachine gooi, kan jij die dan laten ontploffen?" vroeg hij droog. Ik moest lachen en knikte. Ik draaide een oranje pluk haar om mijn wijsvinger heen. Langzaam keek ik in de rondte. Hier en daar lagen wat mensen van onze kant op de grond. Ze zagen er nogal bewusteloos uit. Toshio, Otonashi, Shinra en Night kwamen aanrennen en bekommerde zich om de gewonden. Het geluid van stevige schoenen op de grond dreunde door het bos. Dat was vast de politie. En gelijk had ik. Binnen no-time waren de mannen in het zwart geboeid en werden ze afgevoerd. De ene man spuuwde op de grond en keek boos naar Hikari. "Ik krijg jou nog wel! En jou ook!" gromde hij er nog achteraan tegen Shin. Ik liep naar het dichtsbijzijnde persoon op de grond toe. Het was Amu. "Oi, Hinamori-san!" ik schudde haar voorzichtig door elkaar. (Kan dat voorzichtig?) Ze kreunde pijnlijk. "Wat is er gebeurd? Hinamori-san!" ik kon er niet goed tegen. De geur van bloed die hier overal hing. Bloed. Ik likte mijn lippen af en schudde toen mijn hoofd. Ik voelde een hand op mijn schouder en keek om. "K-kaname-sama" zei ik geschrokken. Ik ging staan en kreeg twee bloedpillen in mijn hand gedrukt. Ik voelde mijn wangen rood worden. Kaname glimlachte. "Binnen staan al glazen klaar. Zero had ook wat probleempjes" zei hij rustig. Ik knikte en bleef even twijfelend staan. "Ga maar" zenuwachtig en verlegen liep ik weg. Mijn hoofd was knalrood. Mooh, ik was toch over Kaname-sama heen? Niet?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten