zaterdag 29 mei 2010
Hikari
Verbaasd keek ik naar Mitsuki, die net ineens wakker was geschrokken. Ze keek wat paniekerig om zich heen. Ik wilde net naar haar toe buigen om te kijken of alles goed was toen ik mijn mobiel in mijn broekzak voelde trillen. Even ging er een rilling over mijn rug, maar toen viste ik het toestel uit mijn zak en opende het bericht. Terwijl ik naar de inhoud staarde voelde al het bloed uit mijn gezicht wegtrekken. Een gezicht identiek aan het mijne keek angstig in de camera, haar korte haren warrig en sprieterig, haar donkere make-up uitgelopen. Boven haar linkerwenkbrauw zat een diepe snee, en langs haar oog liep een spoor van opgedroogd bloed tot aan haar jukbeen. Tegen haar slaap rustte de glanzende zwarte loop van een pistool. Ik sloeg mijn vrije hand voor mijn mond en langzaam gleed het mobieltje uit mijn vingers. Mitsuki en Takuto keken me bezorgd aan. "Wat is er?" vroeg Lys verbaasd. Ik schudde mijn hoofd. Shin en Chrno, die nog bij het vuur stonden kwamen ook aanlopen. "Wat is er gebeurd?" vroeg Chrno. Lys wees naar mijn mobieltje, die met het beeldscherm naar beneden op het kleed lag. Shin liet zich op zijn knieën zakken en legde zijn hand op het toestel. "Mag ik?" hij keek me vragend aan. Ik knikte en keek hoe hij het mobieltje oppakte en omdraaide alsof het ieder moment kon ontploffen. Toen hij de foto zag vertrok zijn gezicht. Één voor één ging het mobieltje de groep rond. "Je moet de politie bellen." zei Chrno ernstig. Shin en ik schudde ons hoofd. "Daar hebben ze al over gedreigd." zei Shin. "Yami-chii..." mompelde Mitsuki geschokt. Ik voelde me misselijk worden. "Ik moet even..." zonder mijn zin af te maken stond ik op en begon ik richting het bordes te lopen. "Hikari, wacht!" Shin stond ook op, maar ik schudde mijn hoofd en begon te rennen. Ik wilde even alleen zijn.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten